WIDOPEDIA
Een blog over Frans-Vlaanderen, de Nederlanden en Europa
Wido Bourel

Meest recente berichten
Archieven
Kernwoorden

Het begrip ‘regionale taal’ in Frankrijk

(version française ci-dessous)

In Frankrijk is het begrip ‘regionale taal’ misleidend en verhult het een andere realiteit: het Catalaans is geen regionale taal, het Baskisch is geen regionale taal, het Elzassisch/Duits is geen regionale taal, en het Vlaams/Nederlands is dat evenmin. Al deze talen zijn grensoverschrijdende talen die in meerdere staten worden gesproken. Ze worden minimaal in twee landen gesproken, soms zelfs in drie, zoals het geval is voor het Vlaams/Nederlands.

Parijs beschouwt deze grensoverschrijdende talen en de bijbehorende identiteiten als een bedreiging. Daarom streeft het al eeuwenlang naar het laten samenvallen van taalgrenzen en staatsgrenzen. Om de betrokken bevolkingsgroepen te laten slikken, heeft men de status ‘regionale taal’ geïntroduceerd. Dit is een politieke strategie van meewerken om het verder te onderdrukken. Op deze wijze worden talen en identiteiten gereduceerd tot acceptabele folklore.

De internationale realiteit dat deze talen geen grenzen kennen, vormt voor Frankrijk een doorn in het oog. Het idee dat deze talen door dezelfde volkeren, die in andere landen in de meerderheid zijn, worden gesproken, wordt stilzwijgend maar doelgericht bestreden als een bedreiging voor de eenheid van de Franse staat.

Ik had ooit gedacht dat Europa hierin een verzoenende rol kon spelen en de nationale staten zou wijzen op het hogere belang van het respect van de Volkeren. Maar het moreel kompas van Ursula en van vriend Emmanuel is naar elders gericht.

————————————–

La notion « langue régionale » en France

(Nederlandse versie hierboven)

En France, la notion de « langue régionale » est trompeuse et masque une réalité bien différente : le catalan n’est pas une langue régionale, le basque n’en est pas une, l’alsacien/allemand n’en est pas une, et le flamand/néerlandais ne l’est pas non plus. Toutes ces langues sont des langues transfrontalières qui sont parlées dans plusieurs États. Elles le sont au minimum dans deux pays, parfois même dans trois, comme c’est le cas pour le flamand/néerlandais.

Paris considère ces langues transfrontalières et les identités qui leur sont associées comme une menace. C’est pourquoi il cherche depuis des siècles à faire coïncider les frontières linguistiques avec les frontières étatiques. Afin d’affaiblir la résistance des populations concernées, le statut « langue régionale » a été introduit. Il s’agit d’une stratégie politique visant à coopérer dans la poursuite de leur suppression. Ainsi, ces langues et ces identités sont réduites à une folklorisation acceptable.

La réalité internationale, selon laquelle ces langues ne connaissent pas de frontières, constitue une épine dans le pied pour la France. L’idée que ces langues soient parlées par les mêmes peuples, qui dans d’autres pays sont majoritaires, est tacitement mais délibérément combattue comme une menace à l’unité de l’État français.

J’ai longtemps espéré que l’Europe joue un rôle de médiation et rappelle aux États-nations l’intérêt supérieur du respect de nos identités charnelles. Mais la boussole morale d’Ursula et de son ami Emmanuel est dirigée ailleurs.

Gepubliceerd

27.07.2025

Kernwoorden
Reacties