Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/frans-vlaanderen-2/
Op 25 juli 1948 wordt door de West-Vlaamse letterkundigen Luc Verbeke en André Demedts, het Komitee voor Frans-Vlaanderen (KFV) opgericht. Het is de start van een heuse werking, decennialang motor van alle aandacht op – en steun aan Frans-Vlaanderen.
Deze voor Frans-Vlaanderen onmisbare hulp verdween geleidelijk, samen met de generaties die het in het leven hadden geroepen. Alleen de taalwerking bleef bestaan. Is aandacht voor – en hulp aan Frans-Vlaanderen anno 2022 tot nostalgische folklore of irredentisme te reduceren? Of moet Vlaanderen opnieuw in de voetsporen van deze pioniers treden?
Als ik de officiële Franse cijfers mag geloven, bezoeken 1,5 miljoen Vlamingen jaarlijks Frans-Vlaanderen. Het aantal Nederlanders ken ik niet, maar die mag je er bovenop tellen. Belangstelling voor Frans-Vlaanderen is er dus genoeg. Maar voor wat de doorsnee Vlaming al lang ontdekte hebben onze politieke, sociale en economische instanties geen oog.
Of het is om er een lekkere picon te drinken, de vele Vlaamse dorpen te ontdekken, te fietsen op de flanken van de Kats- of Kasselberg, of simpelweg om even langs de supermarkt te gaan omdat de prijzen van basisproducten in Frankrijk 1/3 goedkoper zijn geworden dan bij ons. Alle redenen zijn goed om even over de schreve te springen. De vraag is of de Vlamingen ook nog voor iets anders over de schreve willen kijken.
Jaarlijks organiseerde het KFV één grote Frans-Vlaamse cultuurdag in Waregem, waar Nederlanders, Vlamingen en Frans-Vlamingen elkaar ontmoetten. Je trof er een bonte waaier van persoonlijkheden uit de Vlaamse Beweging, de culturele wereld en de Vlaamse politiek.
Ik maakte er kennis met mensen als historicus Eric Defoort, Ons Erfdeel-uitgever en publicist Jozef Deleu, Dr. Daniel Merlevede, pilaar van de ‘héél-Nederlandse gedachte’ Marten Heida, Nederlander en voorzitter van de vereniging Zannekin, minister van Nederlandse cultuur Rika De Backer, CVP-senator en latere gouverneur Leo Vanackere, Volksunie verkozenen Walter Luyten en Willy Kuijpers, de Nieuwpoortse socialistische burgemeester Georges Montmorency en organisator van de Frans-Vlaamse veertiendaagse in zijn stad. Bruggen bouwen met andersdenkenden kon toen beter dan nu.
Wat doet tegenwoordig ’t stad, met haar Vlaamsgezinde meerderheid, om de streek te helpen waar de bron van de Schelde ligt?
Het was in die tijd dat de socialistische burgemeester van Antwerpen, Lode Craeybeckx – namens zijn stad – financiële steun toekende aan een Frans-Vlaamse vereniging onder het aangepaste motto ‘wij laten Frans-Vlaanderen niet los’. En dat de provincie Antwerpen onmiddellijk volgde op initiatief van de Volksunie. Wat doet tegenwoordig ’t stad, met haar Vlaamsgezinde meerderheid, om de streek te helpen waar de bron van de Schelde ligt?
KFV-bezieler Luc Verbeke was een dichter én een man van de daad. Even kort terugblikken op de activiteiten van het Komitee voor Frans-Vlaanderen leert ons dat ze werden georganiseerd in werkgroepen. Kernthema’s waren literatuur, cultuurbeleid, onderwijs, geschiedenis, heemkunde en volkskunde, economie, grenscontacten en toerisme, overheidspersonen, familiekunde en jeugdwerking.
Een apart verhaal was uiteraard de onderwijspoot met de organisatie van vrije cursussen Nederlands, een beetje overal in de Franse Westhoek. Op zo’n vrije cursus heb ik mijn eerste lessen Nederlands gevolgd. En ja, het is met mijn Nederlands goedgekomen!
Laat ons even naar het onderwijs van de Nederlandse taal kijken. Wat doen de Vlaamse instellingen vandaag concreet voor de promotie van de Nederlandse taal en de redding van het Vlaemsch in Frans-Vlaanderen? En wat met de nieuwe ontwikkelingen? Het West-Vlaams dialect wordt zonder het Nederlands erkend als regionale taal in Frans-Vlaanderen, maar Vlaanderen zegt niets. Zijn de Vlaamse instanties – al was het maar informatief – tussengekomen om aan de Hauts-de-France uit te leggen dat het West-Vlaams één van de dialecten van het Nederlands is en geen aparte taal zoals men daar orakelt?
Al iemand nagedacht over welke rol de Vlaamse basis- en secundaire scholen in de grensstreek kunnen spelen om immersieonderwijs te bieden en zijn die scholen daarop voorzien? Hoe kan men de studie van Frans-Vlamingen aan de Vlaamse universiteiten faciliteren? Hoe kunnen Vlaanderen én Nederland wetenschappelijke hulp bieden om het spanningsveld tussen dialect en standaardtaal te helpen begeleiden? Ik stel me vele vragen over het verdwijnen van het departement dialectologie aan de universiteit Gent ten voordele van de zogenaamde ‘variatielinguïstiek’. En wat kan het Nederlands Mertens Instituut betekenen in dit verhaal?
Wat doen de Vlaamse verkozenen als morgen Frans-Vlaanderen een klacht indient bij Europa om Frankrijk te dwingen het onderwijs van het Nederlands als tweede taal te verplichten in de Frans-Vlaamse scholen? Kan Frans-Vlaanderen hiervoor rekenen op de steun van de Vlaamse Europese afgevaardigden?
Midden-Vlaanderen kan ook hulp bieden rond allerlei grensoverschrijdende activiteiten. Ik geef er enkele bij wijze van voorsmaak:
Dat brengt me tot de slotvraag: moet men in midden-Vlaanderen de vele individuele initiatieven en projecten ten bate van Frans-Vlaanderen niet opnieuw samenbrengen en coördineren in een overkoepelend project zoals het KFV dat deed? En opnieuw jaarlijks een Frans-Vlaamse dag of cultuurdag organiseren?
Deze groep zou een nieuwe wind kunnen doen waaien, de druk op de Vlaamse regering kunnen opvoeren, de culturele, economische en sociale wereld ondersteunen en Frans-Vlaanderen binnen de Vlaamse Beweging opnieuw een plaats geven.
23.07.2022