Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/water-en-weerpraatoverlast-zonder-grenzen
‘Het regent in Pas-De-Calais’, zegt het journaal, ‘en dus moet de Westhoek vrezen voor nog meer wateroverlast.’ Klinkt goed. Maar het klopt niet.
‘Het regent opnieuw in Pas-de-Calais. De Westhoek moet daarom vrezen voor nog meer wateroverlast’. Ik kijk liever zelf naar de wolken dan te luisteren naar zulke weerpraatjes. Ministers poseren op de brug over de IJzer, kijkend naar de grens. Zijne majesteit waant zich even in de voetsporen van voorvader Albert I. Terwijl onze minister-president bij Iris van ’t Hof van Commerce in Stavele vergadert. Maar hoe zit dat nu met de wateroverlast die uit Noord-Frankrijk komt?
Ik wil alle West-Vlamingen geruststellen. Het kan veel regenen in Artesië ofte Pas-de-Calais. Maar dit heeft geen druppel consequentie voor het IJzerbekken. Het waternetwerk van Artesië is niet verbonden met het IJzerbekken. Idem dito voor het prachtig watergebied van de moerassen rond Sint-Omaars dat in verbinding staat met de rivier de A. Deze rivier vormde vroeger de historische grens tussen Vlaanderen en Artesië.
Water laat zich niet temmen door een kunstmatige staatsgrens. Het IJzerbekken spreidt zich aan weerskanten van de schreve. In totaal over een oppervlakte van 1101 km2, waarvan 378 km2 in Frans-Vlaanderen. De IJzer is, van de bron in het dorpje Buisscheure tot de monding in Nieuwpoort, 78 km lang. De 33 km op Frans-Vlaams grondgebied lijken tijdens de zomer op een idyllische waterloop. Maar tijdens het regenseizoen kan de IJzer, gevoed door de Penebeek, de Eybeek en de Zwynebeek, snel overstromen. Verschillende Frans-Vlaamse gemeenten zoals Bollezele, Ekelsbeke met haar prachtig kasteel, Wormhout en Bambeke, kennen momenteel een gelijkaardige wateroverlast als in West-Vlaanderen.
Ook het gebied van de Moeren beïnvloedt het watersysteem in het gebied van Bachten de Kupe. De waterregeling dateert van voor de jammerlijke aanhechting van dat stukje Vlaanderen bij Frankrijk. Vandaag is alles met ‘internationale’ verdragen geregeld. Het overtollige water van de ‘Kupe’ kent geen grenzen en loopt of naar Duinkerke of naar Nieuwpoort. Zie hierover mijn artikel in Doorbraak uit 2020.
De Franse overheid is op wateroverlast niet beter voorzien dan de Vlaamse. Integendeel. Er zijn verouderde pompinstallaties in Kales, een nieuwe pomp in Duinkerke die nog niet operationeel is omwille van onenigheid over de … garantie. En daarnaast ook de klassiekers: wijken die gebouwd zijn in het overstromingsgebied, weiden aan de oevers nodig als natuurlijke winterbedding die tot velden zijn omgeploegd, wateringen en beken die niet of niet tijdig worden onderhouden en te zware landbouwmachines die de grond aantasten en verdichten.
Wellicht leeft ook bij de Franse overheid het idee dat water toch naar zee vloeit. En dus dat de grootste miserie door de buur zal worden opgelost. Ieder aan zijn kant van de schreve, wijzend naar de andere. Zo gaan we dat in de Westhoek uiteraard niet kunnen oplossen.
In de Westhoek verwacht men iets anders dan ministers, koning en president voor de foto. De centen van Europa dat zich met alles moeit, maar niet met de IJzer, zijn hier broodnodig. Er is nood aan oplossingen, zonder belerende vingers van groene professoren in ivoren universiteiten. De mensen uit de Westhoek weten waarover het gaat, ze kennen de toestand en moeten dus de eerste gesprekspartners zijn. Hun boerenverstand kan natuur en landbouw heus wel verzoenen. In ’t Hof van Commerce weten ze raad.
21.11.2023