WIDOPEDIA
Een blog over Frans-Vlaanderen, de Nederlanden en Europa
Wido Bourel

Meest recente berichten
Archieven
Kernwoorden

Het Nederlands in Sint-Omaars

Het Nederlands kon zich in Sint-Omaars handhaven tot eind 16de eeuw.

De Frans-Vlaamse stad Sint-Omaars, op de historische grens tussen Vlaanderen en Artesië, is een van mijn lievelingssteden. Ik ga er wel eens een biertje drinken in De Drie Kalders, een kroeg op de grote markt. Sporen van de Vlaamse streektaal in Sint-Omaars? In zijn studie Het Nederlands in Sint-Omaars door de eeuwen heen brengt de eminente Frans-Vlaanderenkenner Cyriel Moeyaert, 99 jaar jong, ons dit verhaal.

Terecht stelt Moeyaert vast: “De meeste Sint-Omaarsnaars weten niet dat hun stad vroeger een grotelijks Nederlandstalige stad geweest is.” Voeg eraan toe: de meeste Vlamingen en Nederlanders weten dat al evenmin. In zijn boek over de Amsterdamse patriciërsfamilie Six spreekt historicus Geert Mak over de familie Six als “afkomstig uit de Noord-Franse stad Saint-Omer”. Hier had moeten staan: de Zuid-Nederlandse stad Sint-Omaars. Foei Geert! Stamvader Jan Six, kon vlot zijn weg vinden in Amsterdam, omdat hij Nederlandstalig of tweetalig was, zoals toen alle inwoners van zijn geboortestad.

Olla Vogala

In de 7de eeuw behoorde Sint-Omaars tot de Saksisch-Friese ruimte tussen Bonen (Boulogne-sur-Mer) en Sint-Omaars enerzijds, en Zuid-Engeland anderzijds. Vandaar dat de Frans-Vlaamse streektaal het meest met het Engels verwante Nederlandse dialect is.

Lateen én Diets werden in de 11de eeuw in de Sint-Omaarse scholen onderwezen. Hier, in de schaduw van de invloedrijke Sint-Bertijnsabdij, schreef Lambert van Sint-Omaars zijn encyclopedische werk Liber Floridus en Petrus Pictor zijn lofdicht op Vlaanderen De laude Flandriae. Wellicht liep de anoniem gebleven schrijver van de befaamde verzen Hebban Olla Vogala ook in Sint-Omaars school, suggereert Moeyaert fijntjes. Want dit gedicht werd voorzeker door iemand uit de omgeving van Sint-Omaars geschreven.

De Drie Kalders is een kroeg op de grote markt van Sint-Omaars, een ondertussen verfranste stad in Noord-Frankrijk, die opnieuw Nederlands wil leren. Bron: https://fr.wikipedia.org/wiki/Tourisme_dans_le_Nord-Pas-de-Calais | CC BY 2.0 | Foto openroads.com

De Broekers

In de stad kon de Nederlandse taal zich handhaven tot het einde van de 16de eeuw. In de eeuw dat de familie Six naar Amsterdam vluchtte, legden de schepenen van de stad Sint-Omaars nog jaarlijks de eed in het Frans én het Nederlands af. Ook alle officiële bekendmakingen waren tweetalig.

In de aanpalende dorpen woonden en werkten de Broekers, de tuinders die groenten kweken op de vruchtbare gronden in het moeras. Daar weerklonk de streektaal nog in het begin van de 20ste eeuw. Moeyaert vertelde me ooit dat hij, rond 1970, een dame afkomstig uit deze streek had gesproken die haar Frans-Vlaamse moedertaal nog machtig was.

Op zijn onnavolgbare wijze grasduint Cyriel Moeyaert door vele bronnen, archieven en boeken, ontleedt oude straat- en wijknamen en toponiemen, om aan te tonen dat Sint-Omaars nog lang Nederlandstalig bleef. Dit kleinood, uitsluitend bij de auteur te verkrijgen is belist een aanrader voor alle liefhebers van de geschiedenis van de Frans-Vlaamse streektaal.

Bronnen

  • Moeyaert, C. [2019]. Het Nederlands in Sint-Omaars, door de eeuwen heen. Sint-Jan ter Biezen: eigen beheer. (meer informatie: cyriel.moeyaert@telenet.be]
  • Mak, G. [2016]. De levens van Jan Six: Een familiegeschiedenis. Amsterdam: Uitgeverij Atlas Contact.

In het tijdschrift Neerlandia (2019/4) verscheen mijn column over het Nederlands in Sint-Omaars.

Gepubliceerd

28.12.2019

Kernwoorden
Reacties