WIDOPEDIA
Een blog over Frans-Vlaanderen, de Nederlanden en Europa
Wido Bourel

Meest recente berichten
Archieven
Kernwoorden

Liber amicorum Maurits Cailliau

Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/recensies/liber-amicorum-maurits-cailliau-ten-dienste-van-de-nederlandse-gedachte

Burgemeester Koen Degroote (N-VA) verwelkomde op 16 september een select gezelschap van Vlamingen en Nederlanders in Dentergem. Daar werd het Liber amicorum Maurits Cailliau overhandigd. Het boek getuigt over een uitzonderlijk leven voor de Nederlandse Gedachte.

Het liber amicorum Maurits Cailliau brengt boeiende getuigenissen over de vele Heel-Nederlandse gedaanten die Maurits Cailliau wist vorm te geven. Van de Heel-Nederlandse jeugdbeweging, de historische gebieden extra muros die ooit tot de Nederlanden behoorden, tot Joris van Severen en tijdgenoten.

Cailliaus talloze prestaties ten dienste van de Nederlandse Gedachte zijn van onschatbare waarde. Luc Senaeve, voorzitter van het Instituut Joris van Severen, merkte in zijn tussenkomst op 16 september terecht op dat het heel-Nederlandse streven een plaats inneemt binnen de Vlaamse Beweging.

De foto op de kaft van het boek toont een jonge Maurits Cailliau in zijn uniform van de jeugdbeweging, drager van een grote vlag met daarop een Nederlandse leeuw met zeventien pijlen, het symbool voor de eendracht van de Nederlanden. De foto werd genomen tijdens de vlaggenparade op de IJzerbedevaart van 1968.

Kaakslagen en oogkleppen

‘Maurits Cailliau was nooit een aanhanger van het kaakslagflamingantisme’ en ‘geen aanhanger van het oogkleppenflamingantisme’, schrijft Peter Logghe in zijn bijdrage in het Liber amicorum.

Hij citeert een tekst van Cailliau uit 1984 over Vlaamse onafhankelijkheid: ‘Stevenen wij af op het schiereiland van de Vlaamse staat, of scheppen wij de voorwaarden tot de herwording van alle Nederlanden?’ En, in dat perspectief, stelt Cailliau de bijkomende vraag: wat met de banden tussen alle historische regio’s van de Gouden Delta?

Joris van Severen

De vele uiteenlopende Heel-Nederlandse initiatieven waren niet altijd een voorbeeld voor de gehoopte eenheid van de Nederlanden. Wouter van de Meersch schrijft dat Maurits Cailliau ongewild in een rol van ‘éminence grise’ kwam te staan die deze tegenstellingen probeerde te overstijgen.

Maar de bundelende factor, die ook de tegenstanders niet onberoerd liet, bleek de fascinerende persoonlijkheid van Joris van Severen: de persoon, maar ook de gedachten, de invloed en het werk. Er was, vond Maurits Cailliau, materie in overvloed om er een jaarboek aan te wijden.

Het eerste nummer verscheen in 1997, uiteraard onder zijn eindredactie. Vandaag is er nog steeds geen gebrek aan kopei en de nieuwe artikels komen vlot binnen. De hiermee verzamelde kennis blijkt van onschatbare waarde voor vorsers en studenten die de Verdinasoleider en tijdgenoten bestuderen.

Nederlanden

Een ander belangrijk jaarboekinitiatief van Maurits Cailliau is dat van de Nederlanden Extra Muros van stichting Zannekin. Dit werk focust op de geschiedenis, identiteit en cultuur van gebieden die cultuurhistorisch ooit tot de Nederlanden behoorden. Het gaat om de Nederlanden in Frankrijk maar ook over het Walenland, Luxemburg, het Land van Kleef, enzovoort.

Maurits wist dat jaarboek van 1977 tot 2021, 45 jaar lang, samen te stellen en uit te geven. Sinds 2021 zorgt Leo Camerlynck uit Ukkel voor de aflossing van de wacht. Maar Maurits helpt nog steeds achter de schermen waar hij kan. Deze 45 jaarboeken vertegenwoordigen vandaag een vol rek uit mijn bibliotheek. Wie doet hem dat na?

Het is onbegonnen werk alle brochures, publicaties en honderden artikels te traceren die door Maurits Cailliau zijn gepubliceerd. Opvallend is dat M. Cailliau twintig jaar lang tot de kernredactie van het tijdschrift Dietsland-Europa behoorde.

Erfgoedzorger

Terecht stelt Tom Cobbaert van het Archief, Documentatie- en onderzoekscentrum van het Vlaams-Nationalisme de belangrijke rol van Maurits Cailliau als erfgoedzorger, verzamelaar, bewaarder en bewaker van bronnen en archieven van de Heel-Nederlandse beweging vast.

Zijn inzet voor het veiligstellen van het archiefmateriaal, en voor de opbouw van een schaduwarchief uit de verzameling van het Nationaal Studie- en Documentatiecentrum Joris van Severen was beslissend. Dat kan gerust als voorbeeld dienen voor anderen die worstelen met het veiligstellen van waardevolle documenten. Door dit schaduwarchief konden historici en schrijvers al beschikken over stukken die in Leuven, waar het archiefmateriaal was gedeponeerd, nog niet beschikbaar waren gesteld.

Beperkte oplage

Dit en nog heel veel meer is te vinden in het liber amicorum Maurits Cailliau. Het boek is mooi uitgegeven in een gebonden editie. Maar de oplage is beperkt en niet te vinden in de boekhandel. Er zijn nog enkele exemplaren beschikbaar. Stel dus niet uit om het te bestellen via info@identiteit.info.

Gepubliceerd

30.09.2023

Kernwoorden
Reacties

Hoe kan men geen Fransman zijn?

Een interview met de Bretoense taalkundige Tugdual Kalvez

Tugdual Kalvez

Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/hoe-kan-men-geen-fransman-zijn

Tugdual Kalvez is een Bretoense filosoof, taalkundige en schrijver. Hij is afkomstig uit het dorpje An Erge-Vihan in de buurt van de stad Quimper. Vader en moeder spraken Bretoens en Tugdual interesseerde zich van jongs af voor de Bretoense taal en cultuur. Hij publiceerde onlangs het boek Comment peut-on ne pas être français?*: Hoe kan men geen Fransman zijn? 

Tugdual Kalvez, de titel van uw boek laat niets aan de verbeelding over. Hoe kan men als Bretoen geen Fransman zijn?

‘Mijn titel refereert naar het iconisch boek Comment peut-on être Breton? (1970) van de Bretoense voorman Morvan Lebesque. Op deze wijze wou Lebesque de niet-erkenning van het Bretoense volk door de Franse staat aanklagen. Vijftig jaar later is niets veranderd. De jakobijnse pretentie om de zogenaamde universaliteit van het Franse model aan te prijzen regeert het land.’

Frankrijk als licht in de duisternis van de wereld?

‘Een anoniem gebleven jakobijn van dienst schreef in 2012: “Een Franse burger zou kunnen stellen dat hij de wereld alle geluk toewenst die de Franse republiek garandeert.” Ik denk dan aan de vijf nachten durende rellen in de Franse steden, één maand geleden. Dezelfde dwaas vervolgt in alle bescheidenheid: “Het is niet Frankrijk dat men opnieuw moet uitvinden, maar de wereld.” De wereld volgens Frans model, dat is het einde!’

Ik lees: ‘De auteur van dit boek is geen nationalist maar een Bretoense patriot.’ Wat is voor u het verschil tussen een nationalist en een patriot?

Het andere volksnationalisme is defensief van aard. Het gaat om de verbondenheid met onze voorouders, met hun taal, hun cultuur en patrimonium

‘Ik zie twee soorten van nationalisme. Eerst het leerstellig agressief nationalisme dat van de natie een absolutisme maakt. Het plaatst het eigen land boven alle andere. De gevolgen kunnen zijn: chauvinisme, xenofobie en zelfs racisme en kolonialisme. Dit nationalisme dat andere volkeren en naties niet respecteert, klaag ik aan. Het andere volksnationalisme is defensief van aard. Het gaat om de verbondenheid met onze voorouders, met hun taal, hun cultuur en patrimonium.’

U schrijft dat Frankrijk geen organische natie is maar een politieke en militaire constructie.

Een organische natie wordt samengesteld door etnische, taalkundige en culturele componenten. Frankrijk is een politieke en militaire constructie, geen organische natie. De Gaulle heeft dat juist verwoord: “Frankrijk werd gemaakt met het zwaard.” Aan de Franse periferie tel ik zes volkeren die door Frankrijk met de wapens zijn veroverd. De Franse natie is alleen wat in het centrum overblijft.’

U trekt van leer tegen het virus van het jakobinisme. Zijn die jakobijnen niet samen met de Franse Revolutie verdwenen?

‘Helaas, neen, de jakobijnen zijn niet verdwenen met de Revolutie van 1789. De diverse politieke partijen die later opdoken waren centralistisch en staatsnationalistisch. Het zijn allemaal aanhangers van het één en ondeelbaar Frankrijk. Ze ontkennen het bestaan van de perifere volkeren. Ze weigeren om hun geschiedenis en hun taal te onderwijzen. Het hele systeem is fundamenteel jakobijns.’

In uw boek definieert u allerlei termen. Wat is uw definitie van jakobinisme?

‘Het jakobinisme is een ideologie geërfd van de meest radicalen onder de revolutionairen. Zijn kenmerken zijn buiten het centralisme, het staatsnationalisme, het etatisme en het republicanisme. Maar dan telkens in hun extreme vorm. Het gevolg is een sterk gecentraliseerde staat, een gedwongen eenheid gebaseerd op de centrale modellen. Voeg eraan toe een scheefgetrokken vorm van secularisme. De cultuurminderheden worden met dwang onder de knoet gehouden. Hun talen worden verboden. De Republiek spaart op de vrijheden en de democratie wordt in een spannend korset samengehouden.’

De Franse president Jacques Chirac zei ooit: ‘We moeten de humanistische en universele boodschap van Frankrijk bekend maken.’

‘De Franse pretentie tot universalisme bestond nog niet voor de Franse revolutie. Het draagt het masker van de begoede klasse en van het Frans nationalisme. Noem het een superioriteitscomplex. De schrijver Paul Gaultier poneerde dat “de Franse beschaving een evident universalisme inhoudt met de rede als voornaamste kenmerk”. En hij voegde eraan toe: “Ze is hierdoor van toepassing op alle volkeren, en kan voor hen het ideale kader worden voor het leven in een gemeenschap.”’

Laten we het nu hebben over Bretagne: hoe is de streek Frans geworden?

‘In 1488 verloor Bretagne de oorlog. Frankrijk dwong Bretagne tot een verdrag. Anne, dochter en erfgename van het hertogdom, mocht volgens dat verdrag niet trouwen zonder het akkoord van de Franse koning. Ze werd gedwongen om de koningen Charles VIII en Louis XII te huwen. Door het edict van 1532, werd Bretagne tot een autonoom gebied herleid binnen het Franse Koninkrijk.’

Sinds wanneer kan men spreken van een Bretoense beweging?

‘De Bretoense beweging kwam op in de tweede helft van de negentiende eeuw. De beweging kende een trage ontwikkeling en werd pas na Wereldoorlog I volwassen. De Parti National Breton (PNB) gaf het weekblad l’Heure Bretonne uit, goed voor een oplage van 30.000 exemplaren in de oorlogsjaren. Maar het verdween door de gevolgen van de oorlog. Andere organisaties namen later de fakkel over. Ze bereikten resultaten op economisch en cultureel, maar niet op politiek vlak. In 2022 vroeg de Regionale Raad van Bretagne een bredere vorm van autonomie. Momenteel tracht een collectief alle Bretoense krachten te bundelen om deze eis te steunen.’

Een Bretoense uitgever legde me uit dat de Bretoense beweging vandaag alleen  links kan zijn, om de collaboratie te vergeten.

‘Er zijn zoveel valse beschuldigingen geuit tegen de Bretoense beweging dat wij zo weinig mogelijk refereren naar deze periode. Ik bereid momenteel een nieuw boek voor om de waarheid over de PNB recht te zetten. De Bretoense actie is nu naar de toekomst gericht en wil een bijzondere status bekomen voor Bretagne.’

Wat zijn de voornaamste Bretoense eisen?

‘Ik som ze even op. 1 – de administratieve hereniging van alle Bretoense gebieden, dat wil zeggen de re-integratie van het departement Loire Atlantique; 2 – de oprichting van één Bretoense raad die de Regionale Raad en de vijf Departementale Raden samenbrengt; 3 – een ruime autonomie met een aangepaste financiële dotatie; 4 – het onderwijs van het Bretoens in alle Bretoense gemeenten en op alle onderwijsniveaus; 5 – van het Bretoens een officiële taal maken, naast het Frans.’

‘Sommige militanten zijn van mening dat alleen een Bretoense Republiek al deze eisen samen kan mogelijk maken.’

De hereniging van het Bretoens territorium: waar gaat het precies om?

‘Het is het Vichyregime dat het departement Loire-Atlantique met hoofdstad Nantes in 1941 heeft gesplitst van de rest van Bretagne. In 1955 heeft eerste minister Michel Debré deze verdeling van Bretagne — een beslissing genomen door een collaborerende regering — bevestigd. 72 procent van de Bretoenen waren in 2014 voor de hereniging van Bretagne. Maar de regering heeft een truc van de foor uitgehaald om dit te blokkeren. Eens te meer!’

In mijn jeugd was Bretoens zijn synoniem voor ‘autonomist’. Hoe ziet u dit autonomisme?

‘In 2020 hebben wij twee voorstellen gedaan: de gemeente blijft het lokaal echelon dicht bij de mensen. Een tweede echelon is de regio die zich bezig houdt met het territoriaal beheer, de urbanisatie, de economische ontwikkeling, de grote ecologische vragen (water, energie, afvalbeheer), enzovoort.’

De regio moet een sterke macht krijgen, met een bijzondere status die toelaat om zelf oplossingen te brengen voor haar problemen

‘De regio moet een sterke macht krijgen, met een bijzondere status die toelaat om zelf oplossingen te brengen voor haar problemen. Tegenover de Franse staat is er uiteraard de eis tot transfer van de nodige competenties om een autonome financiering, een budget en een financieel beheer van Bretagne mogelijk te maken. Vergelijk het met de situatie in Schotland.’

Hoe ziet u als taalkundige de toekomst van de Bretoense taal?

‘De toekomst van onze taal blijft problematisch als wij niet politiek en financieel baas kunnen worden in eigen land. De centrale macht in Parijs speelt met onze voeten, doet kleine beloftes die ze niet houdt. Anderzijds is de Bretoense beweging te braaf en mist aan eenheid.’

En de toekomst van Bretagne?

‘Wij hebben als Bretoenen enkel een toekomst als wij kunnen breken met de jakobijnse macht. Daarom ook mijn oproep in mijn boek. Ik nodig de Bretoenen niet uit om te rebelleren. Ik roep ze op om hun onvervreemdbare rechten te laten gelden in naam van de rechtvaardigheid. Ik roep de Franse machthebbers op om hun principe van gelijkwaardigheid toe te passen in plaats van onze rechtmatige eisen te bestrijden. Ik roep ten slotte alle Franse staatsburgers op tot een federalistische, sociale en solidaire revolutie.’

Het is oorverdovend stil rond uw boek in de Franse media.

‘Er is sprake van censuur vanwege de Franse, maar ook van de Bretoense media. Enkel publicaties van de Bretoense beweging hebben mijn boek besproken. De titel spreekt de militanten aan, maar het maakt de jakobijnen ongerust. Het treft hun ideologie in het hart. De reden van het verzwijgen van mijn boek in de nationale media heeft uiteraard alles te maken met mijn aanval op hun onaantastbaar geacht jakobinisme.’

*Comment peut-on ne pas être français? Le Temps éditeur — An Amzer embanner, 2022.

Gepubliceerd

03.09.2023

Kernwoorden
Reacties
Linda
14.11.2023 - 10:49

Ben zeer geboeid door die volksgeschiedenissen. Destijds droomden velen over een Europa der volkeren, maar het werd een Europa der Staten.

Beantwoorden