WIDOPEDIA
Een blog over Frans-Vlaanderen, de Nederlanden en Europa
Wido Bourel

Meest recente berichten
Archieven
Kernwoorden

Wat kunnen wij leren van de rellen in Frankrijk?

Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/wat-kunnen-wij-leren-van-de-rellen-in-frankrijk

Samenleven in een gefragmenteerde gemeenschap leidt niet naar het beloofd multicultureel paradijs. Ook niet in jakobijns Frankrijk, zoals blijkt uit de recente rellen. Maar de schuldigen voor deze bijna burgeroorlog moet je niet alleen zoeken bij de relschoppers. Een grote verantwoordelijkheid berust bij de boegbeelden van de neoliberale maatschappij die onze normen en waarden verpandden aan de sjacheraars van het groot profijt.

Aan de rechtse kant onderstreept men vooral het etnisch karakter van de revolte, als voorbode van de burgeroorlog. Uiteraard ziet links in de rellen een vorm van sociale opstand. Voor links is het de schuld van de uitsluiting, van de discriminatie en van de werkloosheid. Links én rechts hebben geen ongelijk: het gaat uiteindelijk om een combinatie van dit alles. Maar nu is er meer aan de hand. Alain de Benoist, boegbeeld van het Franse nieuw rechts, stelt dat ‘de relschoppers geen echte politieke eisen formuleren en dat de rellen eigenlijk geen politiek karakter vertonen’.

Geweld voor de lol

Ronduit lachwekkend was de communicatie van het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken om de publieke opinie gerust te stellen: ‘De rellen nemen stillaan af. Er zijn deze nacht maar 768 auto’s in brand gestoken tegen 1.400 vorige nacht’.

De waarheid is dat het geweld van de jongste weken een nooit geziene escalatie toonde, en de kleinere Franse steden bereikte. De relschoppers gebruiken nieuwe wapens zoals mortieren voor vuurwerk. Sommigen schieten met de bedoeling om te doden. De daders zijn almaar jonger en gewelddadiger. Adolescenten moeten van justitie toch zo goed als niets vrezen.

18 gemeentehuizen, 3 cultuurcentra, 243 scholen, 250 winkels en 200 supermarkten werden vernietigd en of geplunderd. Meer dan 1.000 huizen en 269 politiecommissariaten werden beschadigd

Het is als geweld voor de lol. 18 gemeentehuizen, 3 cultuurcentra, 243 scholen, 250 winkels en 200 supermarkten werden vernietigd en of geplunderd. Meer dan 1.000 huizen en 269 politiecommissariaten werden beschadigd. 6.000 wagens en 12.400 vuilnisbakken gingen in vlammen op. De Franse werkgeversorganisatie Medef schat de aangerichte schade op meer dan 1 miljard euro.

Wie zijn de relschoppers ?

Zelfs de jakobijnse aanpak voldoet niet meer om van deze migranten model Fransmannen te maken. De relschoppers behoren dikwijls tot de zoveelste generatie migranten die zich in Frankrijk hebben gevestigd. Maar dat is geen garantie voor integratie. Hun desinteresse voor de Franse maatschappij is totaal. Tenzij het hen een voordeel oplevert voor financiële steun of sociale dekking. Die desinteresse kan in haat omslaan als ze in contact komen met de radicale islam. Evenmin te onderschatten: de geest van vendetta in sommige families, gevoed door de koloniale herinneringen van hun voorhouders.

Deze jongens leven volgens de regels van hun clans en van de sterkste. Hun wijken zijn hun territorium die ze tegen alle vormen van intrusie verdedigen. Leerkrachten, vertegenwoordigers van de staat en de openbare orde, brandweer én ziekenwagenpersoneel, noem maar op. Ze worden allemaal als indringers beschouwd omdat ze niet tot hun clan behoren. In hun wijken worden de Europeanen weggepest als ze nog niet gevlucht zijn. Pottenkijkers zijn door de bendeleiders niet gewenst. Dit om allerlei criminele handel, van drugssmokkel tot illegale wapens en dure auto’s, te beschermen.

Etnoculturele mislukking

Als deze jongeren betrokken zijn bij een incident met de ordediensten komt de hele clan, die zich tegelijk slachtoffer en solidair voelt, meteen op straat. Deze tweede, derde of vierde generatie migranten heeft een onoplosbaar identiteitsprobleem. Het land van herkomst van hun ouders biedt voor hen geen referentiekader meer. Ze zijn niet meer wat hun ouders waren en de Franse identiteit spreekt hen niet aan. Ze zijn hun identiteit verloren. In de plaats fantaseren ze hun eigen ruilidentiteit in groepen en benden waar tribale regels gelden. In Frankrijk waar ze nu leven voelen ze zich – en gedragen ze zich – als paria’s.

‘Black blocs’

Tussen de relschoppers vormen de Black blocs een aparte groep. Ze mengen zich in rellen met de bedoeling maximale schade te veroorzaken. Politiemensen mogen voor hun leven vrezen als ze geïsoleerd in hun handen vallen.

Jaren geleden kleefden onderzoekers etiketten als anarchisten, libertairen, antifa’s, extreem-links op deze Black blocs. De Franse filosoof Michel Onfray stelde pertinente vragen over de sociologie van de huidige Black blocs. Ook de vreemde stilte van de media hierover valt op. Zo goed als niemand vraagt zich af wie ze werkelijk zijn, aldus Onfray. Wie schuilt achter de zwarte maskers? Hoe oud zijn ze? Waar komen ze vandaan? Welke strekkingen vertegenwoordigen ze? Wat zijn hun eisen? Nog meer opvallend: ondanks de camera’s op elke straathoek, de talloze films en opnames van buurtbewoners en de aanwezigheid van tienduizenden politiemensen worden er amper arrestaties verricht. Hoe zou dat komen?

Kolossale inschattingsfout

Onfray noemde de Black blocs ‘de nutteloze idioten van de macht’. Dit brengt ons bij de houding van de Franse regering. De waarheid is dat president Macron overweldigd was door de gebeurtenissen. Zijn haastige en laffe veroordeling van de schietende politieman, daags na de dood van een jonge, minderjarige delinquent, was een kolossale inschattingsfout. Het stond in de sterren geschreven dat dit de escalatie van het geweld in de hand zou werken.

Evenmin toonde de publieke opinie – die de interventie van het leger vroeg – begrip voor de arrogante blaaskaken aan de macht. De zelden getoonde solidariteit om de familie van de politieman te steunen bracht in enkele dagen 1,6 miljoen euro op, ondanks alle pogingen om deze inzameling in diskrediet te brengen. Er werd zelfs klacht ingediend tegen deze zogenaamde ‘jackpot van de schande’. Maar de publieke opinie trapte niet meer in de val.

Falende president

De liberale samenleving dacht dat de gepredikte gelijkheid, het zoetzuur verhaal van de diversiteit gekoppeld aan de geneugten van positieve discriminatie en van de consumptiemaatschappij het zouden halen. Nog meer homo consumens en goedkope arbeidskrachten weet je wel, als antwoord op de veroudering van de bevolking.

Macron en zijn voorgangers vergaten even dat geld en macht geen normen en waarden kunnen vervangen. De mensen zijn het beu. De orders om niet in te grijpen terwijl je eigendom wordt verwoest, de verkeersboetes die duurder uitvallen dan de straffen als je een school in brand steekt, de publieke opinie associëren met fascisme, racisme en extreemrechts telkens ze een beetje mort. Alles komt nu als een boemerang terug in het gezicht van de macht.

In een land waar de stemplicht niet bestaat en de president momenteel geen 25% van de bevolking vertegenwoordigt, blijft dat een explosieve situatie nu en op termijn. En nog dit: op basis van de huidige situatie is Marine Le Pen de volgende Franse presidente.

Gepubliceerd

22.07.2023

Kernwoorden
Reacties

Jeanne d’Arc, mythe en geschiedenis

Een Franse heldin waar een geurtje aan zit

Standbeeld van Jeanne d’Arc in Orléans.

Lees dit artikel ook op Doorbraak: https://doorbraak.be/jeanne-darc-mythe-en-geschiedenis

Opvallend: twee vrouwen symboliseren het Franse nationalisme. Enerzijds is er Marianne, die de triomf van de Franse republiek, vrijheid, gelijkheid broederschap (of de dood) uitbeeldt. Marianne: aanwezig in alle Franse gemeentehuizen, drager van de rode Frygische muts die haar jakobijnse oorsprong verraadt. En anderzijds is er Jeanne d’Arc, heldin en martelares, die de redding van het land in gevaar voorstelt. Jeanne als symbool van de eenheid van de natie en de strijd voor het verloren grondgebied.

Dat Marianne niet voor een historische figuur staat is helder. Maar met Jeanne d’Arc is dat anders. De historische Jeanne d’Arc heeft namelijk bestaan. En toch: waar haar Geschiedenis eindigt, daar begint de mythe. Wil de ware Jeanne nu opstaan?

Schimmels op oude kaas

Volgens onze hedendaagse historici is de geschiedenis van Vlaanderen grotendeels een mythe. Van deze helden van het Vlaams deconstructivisme verneem je dat Jan Breydel in 1302 vooral in Kortrijk aanwezig was — als hij daar al aanwezig was — als leverancier van vleeswaren en niet als strijder. Maar het gras is niet groener aan de andere kant van de heuvel. De zogenaamde Vlaamse mythes verdwijnen namelijk in het niet tegenover de mythes van de Franse geschiedenis. Tot deze mythes behoort het verhaal van Jeanne d’Arc, na de hersenspoeling van het negentiende-eeuwse Franse nationalisme.

De Jeanne van de geschiedenis

Het officiële verhaal van de historische Jeanne is bekend. Als jonge, maagdelijke herderin hoorde ze stemmen die haar dicteerden Frankrijk te redden. Het Franse Koninkrijk was toen verwikkeld in de honderdjarige oorlog tegen de Engelsen. Ze dienden met goddelijke hulp uit Frankrijk te worden verjaagd. Jeanne werd rond 1412 geboren uit een landbouwersfamilie in het Lotharingse Domrémy. Het dorpje ligt aan de Maas. Het gebied was een mark tussen het Frans koninkrijk en het Rijk.

Opvallend: inwoners van het dorp behoorden tot het kamp van de ‘Armagnacs’. Dat was juist de partij die, in het begin van de vijftiende eeuw, tegen de Bourgondiërs streed na de moord op de hertog van Orléans door handlangers van hertog Jan zonder Vrees. Jeanne drong aan bij de Franse troonpretendent Karel VII]] en kreeg een troepenmacht. In 1429 kon ze met deze soldaten het beleg van de stad Orléans helpen doorbreken. Twee maanden later begeleidde ze Karel VII naar Reims voor zijn kroningceremonie als koning.

brandstapel

Maar daarna was haar ster snel tanende. Ze mislukte in haar koppige poging Parijs in te nemen. Een Picardische boogschutter nam haar uit het Bourgondische kamp gevangen en leverde haar over aan de Engelsen. Haar terdoodveroordeling volgde na een geruchtmakend proces, waar beschuldiging van hekserij aan te pas kwam. Jeanne werd, nota bene, niet door Engelse maar door Franse rechters veroordeeld. Ze eindigde op de brandstapel in Rouen, op 30 mei 1431.

Goddelijke stemmen

Als ik hoor van helden begeleid door goddelijke stemmen, dan wordt mijn werkhypothese: aan dit verhaal zit een geurtje. Het begint al met de afkomst van Jeanne d’Arc zelf. Hoe kon een niet-adellijke jonge vrouw als een volleerd ridder ten strijde trekken? Waar had ze paardrijden, gevechtstechnieken, oorlogsstrategie geleerd? In die tijd waren dat toch privileges van de adel? Hoe kon iemand al deze vaardigheden op zeventienjarige leeftijd beheersen als zij er niet jaren op voorhand op is voorbereid?

Jeanne sprak ook het Frans van het hof, niet het Lotharings dialect van haar dorp. En ze kon schrijven. De politieke situatie van toen was even complex als wisselvallig met de Engelsen als kandidaat op de Franse kroon. En ook met de ambitieuze Bourgondiërs die met de Engelsen samenspanden om de gemeenschappelijke Franse vijand klein te krijgen. Maar Jeanne voelde zich kiplekker in deze materie. Dus bij wie ging de jonge herderin van het Lotharingse boerendorpje Domrémy in de leer?

Op zoek naar de echte Jeanne

Kunnen goddelijke stemmen zo’n opleiding vervangen? Maar er bestaan nog andere theorieën die geloofwaardiger zijn. Een hardnekkige hypothese is dat Jeanne misschien een bastaarddochter was, misschien van de Franse koningin Isabella van Beieren en Lodewijk van Orléans, broer van de Franse koning Karel VI. Dit zou verklaren waarom ze de ridderlijke gevechtstechnieken beheerste en de geopolitiek van haar tijd kende.

Werd Jeanne, van jongs af aan door verwanten van de koninklijke familie, voorbereid op een leidende rol bij de bevrijding van het Franse Koninkrijk?

Werd Jeanne, van jongs af aan door verwanten van de koninklijke familie, voorbereid op een leidende rol bij de bevrijding van het Franse Koninkrijk? De sceptici onder de historici verwerpen deze versie als een late uitvinding uit de negentiende eeuw. Maar daarmee is het mysterie van de echte Jeanne nog niet opgelost.

Dood of levend?

Volgens de officiële versie stierf Jeanne in Rouen op de brandstapel. Sceptici geloven dat ze werd gered wegens haar prinselijke afkomst. Iemand anders werd misschien in haar plaats opgeofferd. In de periode na de terechtstelling doken trouwens verschillende Jeannes op. De meest opvallende was Jeanne des Armoises, ook Claude des Armoises genoemd.

In mei 1436, in Metz, bevestigt de deken van Saint-Thibaud haar aanwezigheid. Dezelfde Jeanne krijgt in 1439 in Orléans een officieel ontvangst van ook de Franse koning zelf. Deze Jeanne/Claude zou trouwen met de ridder Robert des Armoises of Hermoises, waarvan het huis van Vlaamse afkomst was. Hun huwelijksakte meldde voluit de naam van de bruid: ‘Jehanne d’Arcq la Pucelle d’Orléans’.

Grafschrift

Een vreemde melding op een grafschrift bevestigde het huwelijk van deze Claude / Jeanne. Het bevond zich in de kerk van Pulligny, een dorpje in Lotharingen. Het letterlijke opschrift, dat haar overlijden dateert op 4 mei 1449, vertaal ik als volgt: ‘Hier ligt de eerbare Dame Jehanne du Lis La Pucelle de France, dame van Tichemont, die echtgenote was van de nobele heer Robert des Hermoises, ridder van deze plaats, overleden in het jaar duizend CCCC XXXX en VIIII op de dag van 4 mei. God hebbe haar ziel. Amen.

Deze grafsteen werd, vreemd genoeg, verwijderd op het einde van de negentiende eeuw

Deze grafsteen werd, vreemd genoeg, verwijderd op het einde van de negentiende eeuw. Ook een familiewapen bovenaan het grafschrift werd er toen afgekrabd. Nog een mysterie dat we moeten proberen te verklaren.

De mythe voorbereiden

Na de vijftiende eeuw verdween Jeanne voor lange tijd uit het collectief geheugen van de Fransen. Ze dook slechts terug op in de negentiende eeuw en werd in 1874 zalig verklaard. Dat was niet toevallig vlak na de pijnlijke Franse nederlaag in de Frans-Pruisische oorlog van 1870-1871. Lotharingen, de geboortestreek van Jeanne, kwam samen met de Elzas terug naar het Rijk. De mythe van de Lotharingse Jeanne werd opnieuw geactiveerd om het Franse revanchisme tegen Duitsland aan te wakkeren. De jonge Fransen moesten worden diets gemaakt dat Elzas en Lotharingen Frans bleven. Jeanne d’Arc werd pas in 1920 heilig verklaard. Dat was, ook niet toevallig, na de Franse overwinning in wereldoorlog I en de terugkeer van Lotharingen bij het dierbaar vaderland.

De verwijdering van het grafschrift in de kerk van Pulligny paste perfect in de voorbereiding van de mythe: Jeanne mocht, volgens de Franse jakobijnen van dienst, niet aan de brandstapel zijn ontsnapt. Alle sporen van een ‘Jeanne la Pucelle de France’ overleden achttien jaar na de terechtstelling, moesten voor de eeuwigheid worden weggeveegd.

Gepubliceerd

12.07.2023

Kernwoorden
Reacties