Op 17 januari 1794 brieft de Franse revolutionaire generaal Louis-Marie Turreau zijn troepen op weg naar de Vendée, dat is een streek net onder Bretagne, aan de Atlantische kust, als volgt:
‘Alle verzetslieden die worden aangetroffen met de wapens in de hand, of waarvan men overtuigd is dat ze die in de hand hebben gehad, worden met de bajonet afgemaakt. Hetzelfde lot zullen vrouwen en kinderen ondergaan. Personen die alleen maar verdacht zijn, worden evenmin gespaard. Alle dorpen, boerderijen, bossen en struikgewas en in ’t algemeen alles wat kan worden verbrand, zal in vlammen opgaan’.
Enkele dagen later begint de genocide tegen de boerenbevolking die de Franse Revolutie bestrijdt. Plunderingen, moorden, wreedheden en verkrachtingen zijn het lot van al wie op de weg van de zogenaamde Helse kolonnes van het Franse revolutionaire leger staan. Alleen al op het eiland Noirmoutiers worden in twee weken 1.500 mensen uitgemoord.
Een andere generaal, Jean-Baptiste Huché heeft ‘alle redenen om zich te verheugen’: zijn soldaten hebben in Chantonnay in geen twee dagen tijd 200 Vendeërs gedood. Hij beroept er zich op zwangere vrouwen de buik te hebben doen opensnijden en geeft zijn soldaten het bevel om te paraderen met de foetussen op de punt van hun bajonet.
Generaal François Carpentier blijft ook niet achter. Op één dag laat hij 300 ouderlingen en kinderen doden die gevlucht waren in een bos. ‘We doden er meer dan 100 per dag’ verklaart Generaal Louis Grignon die vindt dat “alles gesmeerd loopt.”
Wie tegen de Franse Revolutie werd op sadistische wijze afgeslacht. Deze misdaden werden, laten we het nooit vergeten, begaan in naam van de vrijheid, de gelijkheid en broederschap. Deze leuze bevatte in de tijd van de Revolutie niet drie, maar vier woorden: vrijheid, gelijkheid, broederschap of de DOOD. Laat ons dat nooit vergeten.
17.01.2025
In zijn boek « LA FLANDRE AU LION. Séparatisme et régionalisme en Flandre française (1919-1977) », bijna vijftig jaar geleden verschenen bij Westhoek-Uitgaven, schreef journalist Marc Castre het volgende:
‘Frankrijk is niet in gevaar, Frankrijk wordt enkel in vraag gesteld door zijn autoritaire en centralistische natuur. Wat in vraag wordt gesteld is de samenspanning tussen de natiestaat en de kolonisatie van de regio’s door het kapitalisme dat steunt op het Parijse centralisme.
De Franse eenheid wordt alleen bedreigd door politici die, blindgeslagen door ouderwetse mythes, staan toen en versterken nog door het stilzwijgen de kolonisatie en de verpaupering van de regio’s door Parijs.’
Dit boek verscheen in januari 1977. De analyse van Marc Castre vertoont een linkse, maar correcte signatuur. En waar staat Frankrijk een halve eeuw later?
16.01.2025
Op 15 januari 1929 verscheen he eerste nummer van de tijdschriften ‘de Torrewachter’ en de ‘Lion de Flandre’, beide, uitgaven van het Vlaams Verbond van Frankrijk. Ze vulden de plaats in veroorzaakt door de verdwijning van ‘Le Beffroi de Flandre’, een vroegere publicatie van de Vlamingen in Frankrijk.
Jean-Marie Gantois was uiteraard het initiatiefnemer en ook de stuwende kracht achter deze twee nieuwe publicaties. Voor ‘De Torrewachter’ geschreven in het Nederlands en in het Vlaamsch, liet hij zich vooral helpen door zijn vriend Marcel Janssen. Vlaams- en Nederlandssprekende medewerkers van het verbond, zoals Renaat Despicht, Romain van de Meule, Camille Looten, Albert van Hoyweghen en Renaat Schodduyn waren gewaardeerde gelegenheidsmedewerkers. Nog meer voor ‘Le Lion de Flandre’ nam Gantois het leeuwendeel op zich. Een van de belangrijkste medewerkers achter de schermen was Nicolas Bourgeois. Talloze artikels onder diverse schuilnamen zijn van de hand van Gantois of van Bourgeois, of van beiden. Nicolas Bourgeois vertelde me ooit dat de afspraak met Gantois was dat zijn teksten volgens de noden en de inspiratie van het ogenblik mocht wijzigen en aanvullen. Naaste vaste schuilnamen werd dus in Le Lion de Flandre van pseudoniemen gebruik gemaakt telkens twee of meer personen een aandeel hadden in het schrijven van tekst. Daarom is het niet altijd mogelijk één naam te plakken op een bepaald artikel onder schuilnaam.
15.01.2025
Het jaarboek van de stichting Zannekin is dit jaar aan zijn 47ste editie toe. Een niet geringe prestatie in deze tijden waar inhoud en standvastigheid op de meeste plaatsen zoek zijn.
Ik schreef voor dit nummer twee teksten:
Dit jaarboek bevat nog heel wat interessante artikels, over Lamoraal van Egmont; de Waalse heel-Nederlander Lucien Jottrand; Judith van Vlaanderen; Pruisisch Malmedy, enz.
Kortom aanbevolen lectuur voor al wie belangstelling heeft voor gebieden die ooit tot de historische Nederlanden hebben gehoord. Gebieden zoals de Nederlanden in Frankrijk die door het lot van de geschiedenis extra muros, dus buiten de muren zijn komen te liggen.
Eindredacteur Maurits Cailliau en secretaris Leo Camerlynck verdienen een applaus voor deze puike prestatie.
13.01.2025